Jan Manescoo werd in 1944 in België geboren en is het pseudoniem van Jean Claude Coosemans. Hij woont en werkt in Sint-Genesius-Rode. Hoewel de beeldende kunsten hem al op jonge leeftijd fascineerde en het hem niet aan verbeelding en handigheid met potlood en penseel ontbrak, bleef de ontwikkeling van zijn artistieke talent een droom Hij koos eerst voor een opleiding tot leraar aan de Karel Buls Normaalschool in Brussel en besloot vervolgens zijn studie voort te zetten aan het Regentaat Plastische Kunsten Sint Thomas Instituut in Brussel. Later volgde hij teken- en beeldhouwen aan de Academie van Beeldende Kunsten van Anderlecht bij Frans Minnaert en Jo Deblick. Gedurende deze tijd integreerde hij de uitspraak van Prof. dr. J. Linschoot (1925-1964) in zijn werken. "De wijze waarop wij de wereld beleven, is de wijze waarop wij mens zijn in de wereld". De mens en zijn creatief denken vormen de kern van zijn kunstwerken. De manier van creëren in Copyart is bijzonder persoonlijk getuigt van een atypische visuele benadering van de werkelijkheid en het leven. De samenhang ervan lijkt op het eerste gezicht niet eclectisch, maar de verschillende technieken en materialen die hij gebruikt vormen gecombineerd een harmonieus en doodacht geheel.

De hoofdlijnen die door zijn concept lopen zijn:

  1. De menselijke natuur weerspiegelt haar verlangens en zoekt naar de werkelijkheid en de zin van het leven:
  2. De mens wordt erin beschreven als een persoon die zijn verlangens en behoeften volgt, vooral in de context van overleven en reproductie.  
  3. De menselijke geest wordt beschreven als dualistisch, met zowel het verlangen om behoeften te bevredigen als het verlangen om de oorzaken van de gebeurtenissen te begrijpen en logisch toe te passen. 
  4. Mensen hebben de neiging om gebeurtenissen en natuurwetten te bestuderen en te begrijpen wat leidt tot verwondering en bewondering voor de schoonheid van de kosmische werkelijkheid
  5. Mensen zoeken diep van binnen naar de waarheid en worden soms verrast door sublieme schoonheid die moeilijk in woorden uit te drukken is.
  6. De mens heeft de neiging om zijn kennis te overschatten, maar zijn zoektocht naar het ware en schone van de werkelijkheid maakt integraal deel uit van zijn bestaan. Hij is er zich van bewust dat zijn beperkte denkvermogen te complex om de onbereikbare alomvattendheid te begrijpen.

Jan Manescoo gebruikt zijn handen en verstand om de werkelijkheid te hertekenen en te hervormen in een bezield kunstwerk. De vertrouwde dingen om zich heen verwerkt hij in vreemde objecten en beeldgedichten die de grenzen van het bestaan overstijgen. Hij verdiept zich in de vraag: Waaruit bestaat eigenlijk de werkelijkheid van mijn denken. In zijn artistiek werk zoekt en tast hij naar een werkelijkheid die zich achter de werkelijkheid bevindt.